Het afgelopen jaar heb ik gewerkt aan mijn GSP. Er waren momenten waarop het beter ging dan op andere momenten. Januari was bijvoorbeeld een moeilijke maand, omdat ik toen een lange tijd ziek was. Toch verliep het begin van het schooljaar vrij goed: ik leerde namelijk vrij snel hoe ik moest werken met Unity.

In de loop van het jaar heb ik heel wat kunnen realiseren. Zo werkte ik alle spelmechanismen af: verdedigen, aanvallen, ontwijken, afweren, sterven, uithoudingsvermogen en levenspunten. Ook de eerste locatie werd volledig uitgewerkt, inclusief een eindbaas die past binnen die omgeving.

Dankzij dit eindwerk heb ik geleerd hoe ik met de game-engine Unity kan werken. Daarnaast leerde ik objecten animeren in Blender, het programma dat ik gebruikte om onder andere mijn personage te ontwerpen. Sommige onderdelen gingen sneller dan andere. Het programmeren van de spelmechanismen verliep vlot, omdat ik daar al enige ervaring mee had. Moeizamer was het uitwerken van het landschap, aangezien dit weinig programmeerwerk vereiste. Ook het toevoegen van mist in de eerste omgeving ging traag, omdat ik nog niet goed wist hoe ik visuele effecten moest toepassen in Unity. Het modelleren van de eerste eindbaas ging dan weer sneller, omdat ik al eerder met Blender had gewerkt.

In dit project kon ik mijn creativiteit ten volle gebruiken. Ik voegde vooral elementen toe die ik zelf belangrijk vond. Hoewel ik soms bijgestuurd werd door de leerkrachten, maakte ik de meeste keuzes zelfstandig. Die creatieve vrijheid had zowel voordelen als nadelen. Aanvankelijk wilde ik te veel in mijn spel verwerken, waardoor ik later inzag dat het onmogelijk was om alles alleen binnen één schooljaar uit te werken. Aan de andere kant zorgde die vrijheid ervoor dat ik met plezier aan mijn eindwerk werkte. Ik bleef gemotiveerd, omdat ik bijna altijd bezig was met onderdelen die me echt interesseerden.

Net als in mijn game bleek ook dit eindwerk een pittige eindbaas te zijn, maar eentje die ik met trots verslagen heb.